Terwijl we ons voorbereiden op de komende tournee met de productie CREOLE, nemen we even de tijd om de cast en hun persoonlijke achtergrond goed voor te stellen. Als volgende: Chandenie Gobardhan.
Hoe zou je jezelf voorstellen?
Ik ben Chandenie Gobardhan. Ik geniet van verschillende kunstdisciplines en vooral van dans. Ik ben de dochter van zeer trotse hardwerkende ouders. Een zus van twee oudere zussen en een trotse tante van mijn 3-jarige nichtje. Ik zie mezelf als een contemplatief persoon, en ik vind het fijn om goed na te denken over wat ik de wereld in breng en hoe het bijdraagt aan de ruimte.
Wat is jouw achtergrond / jouw cultureel erfgoed?
Ik ben geboren in Nederland, bij ouders die in Paramaribo zijn geboren. Ook mijn grootouders zijn in Suriname geboren. Mijn moeder kwam naar Nederland voor haar studie en carrière, en mijn vader volgde haar om samen hun leven te starten in de regio Den Haag. Mijn overgrootouders zijn afkomstig uit Bihar, India.
Drie jaar geleden heb ik Nederland verlaten. Eerst verhuisde ik naar Leeds in Engeland om daar mijn master in Performance Arts aan de Northern School of Contemporary Dance af te ronden. Vervolgens vestigde ik me in Londen om mijn carrière als professioneel danser en choreograaf te beginnen.
Het Nederlandse koloniale verleden laat diepgaande sporen na in de complexiteit van het hedendaagse Nederland. Het onder het tapijt schuiven van bepaalde aspecten van deze geschiedenis draagt bij aan een sfeer van ontwetendheid en onbegrip over de impact op het dagelijks leven.
Ik geloof dat Londenaren eerlijker in de spiegel kijken als het gaat om hun geschiedenis. Velen zijn goed onderlegd in de geschiedenis van het land en schrikken niet terug voor zelfreflectie. Het voelt alsof ik met mensen daar in gesprek kan gaan zonder hen te hoeven onderwijzen, omdat ze al bepaalde kennis meebrengen.
Sinds ik gesetteld ben in London is, heb ik altijd gezegd dat ik in de nabije toekomst niet zou terugkeren naar het Nederlandse dansveld, tenzij het voor iemand was waar ik echt mee wilde werken. En de twee die bovenaan mijn lijst staan zijn mijn zus Poernima of Shailesh. Ik heb twee oudere zussen die beide geweldige rolmodellen in mijn leven zijn, en als de jongste van ons drieën hebben we een bijzondere relatie die moeiteloos schakelt tussen iemand die leert en iemand die kennis deelt.
Ik ben door mijn familie altijd omringd geweest met dans. Mijn oudste zus danste vroeger salsa en koos uiteindelijk voor een carrière in radiologie. Mijn middelste zus, is een getalenteerde danseres en choreograaf. Onlangs heeft ze een Nederlandse tour van haar eigen gechoreografeerde solovoorstelling afgerond en is ze alweer bezig met de voorbereidingen voor haar volgende productie.
Mijn harde werker-mentaliteit komt voort uit alle leden van mijn gezin. Ik zie mijn kansen om mijn passie voor kunst te volgen als een mogelijk om de mensen die gewerkt hebben voor wat ik heb te eren.
Wat leidde je naar de cast van CREOLE? Hoe is de ervaring tot nu toe voor jou geweest?
Specifiek voor CREOLE stuurde Shai me een berichtje om te vragen of ik kon komen voor de auditiedag. Ik wilde sowieso met Shai samenwerken. Ik herinner me zo levendig de eerste keer dat ik hem zag optreden. Het was een solovoorstelling in de kleine zaal in Korzo, en het was een van de eerste theatervoorstellingen die ik als jong persoon heb bijgewoond. Ik herinner me zo in trans te zijn door zijn bewegingskwaliteit en zijn talent als performer.
Sinds die ervaring ben ik oprecht een fan. Een van mijn favoriete voorstellingen van Shai was AGHORI; daar heb ik echt van genoten. Hij benaderde concepten uit mijn cultuur op een bijzondere manier. Na het zien van zijn werk was het voor mij duidelijk dat ik graag met hem wilde samenwerken. Dus toen hij me benaderde voor de auditie, dacht ik, perfect.
Het begrip ‘creolisering’ wordt gebruikt voor de vermenging van verschillende culturen die samenkomen en één geheel vormen. Naast de Surinaamse cultuur is de Caribische cultuur een sterk voorbeeld van deze ontwikkeling. Kun je een persoonlijke ervaring delen, of een inzicht dat het concept van creolisering weerspiegelt in jouw eigen leven?
Vanwege wie ik ben, maakt het deel uit van mijn leven. In het dagelijks leven ervaar ik dingen of merk ik voor mezelf op, nadenkend over hoe ik dingen herken. Is dat iets Nederlands? Of is het Surinaams? Ik probeer uit te zoeken waar bepaalde dingen echt vandaan komen. Of de woorden die ik gebruik. Is het een Hindoestaans woord dat ik gebruik? Ik probeer het nog steeds vanuit dat perspectief te begrijpen.
Ik denk dat het in het eten heel aanwezig is. Zelfs al het Indiase eten dat mijn moeder kookt, is heel anders dan het Indiase eten hier in het VK, omdat de link direct is van India naar het VK. En mijn link is van India naar Suriname en van Suriname naar Nederland. Mijn ouders spreken Hindi, dat uit India komt, maar dan is er de gecreoliseerde versie van de taal, wat Sarnami Hindoestani is.
We hebben met ons hele gezin een rondreis in India gedaan in 2010. Gewoon om te ontdekken. Als gezin maken we elk jaar een reis naar het buitenland. Ik denk dat dit veel impact op mij heeft gehad in mijn kindertijd. Vanaf jonge leeftijd werd ik overspoeld met verschillende culturen en wereldse perspectieven. De reis naar India zou ik nogmaals willen maken omdat ik te jong was om alles wat ik zag allemaal echt te bevatten. Ik zou graag teruggaan nu ik me meer bewust ben.
Alle castleden van CREOLE hebben op de een of andere manier een band met het land Suriname. Wat betekent deze relatie voor jou persoonlijk?
Mijn connectie met Suriname is intiem. Ik houd van de cultuur en van de manier waarop het mijn leven heeft beïnvloed. Ik denk aan mijn ouders, hoe ze zijn opgegroeid, ik denk aan hen als kinderen zonder zorgen, spelend en rennend. Maar tegelijkertijd denk ik ook aan mijn overgrootouders die met valse voorwendselen uit hun thuisland zijn gerukt en op afschuwelijke manieren werden behandeld.
Dus enerzijds is het een plek waar ik een enorme verbintenis mee heb, maar ook een waar ik soms een liefde-haat-relatie mee heb. Ik ben blij dat ik het Surinaamse erfgoed en achtergrond heb. Ik hou van de cultuur, maar tegelijkertijd is er veel wat ik wou dat ik kon uitwissen. Ik zou willen dat ik het lijdden van de geschiedenis kon wegnemen. Als kind in Suriname werd er niet eerlijk over de geschiedenis van de slavernij werd verteld. Mijn zussen en ik hebben samen met onze ouders kunnen leren over de geschiedenis die ze zelfs niet kenden. Dit samen onderzoeken en ontdekken vind ik iets moois om te delen met hen.
We hebben familie in Suriname. De laatste keer dat ik ging, was ik vijf jaar oud, denk ik. Maar ik heb levendige herinneringen. Ik herinner me de kippen en kuikens die mijn oma bij haar thuis had rondlopen en een van mijn oudere neven die een aapje aan het pesten was met een bacove. Ik kijk er naar uit om hopelijk binnenkort de plekken te bezoeken waar mijn ouders opgroeiden en kattekwaad uithaalden.
Hoe heeft jouw unieke culturele achtergrond invloed gehad op jouw benadering van dans en beweging?
Ja, mijn relatie met dans is voor 100% verbonden met mijn wezen, en dat omvat mijn culturele achtergrond. Zelfs het choreografisch werk dat ik maak, is sterk verweven met mijn erfgoed, familieverhalen, of heeft betrekking op het hindoeïsme, de religie die ik beoefen.
Dans is altijd aanwezig geweest in mijn familie. Ik heb video’s van mezelf op tweejarige leeftijd naast mijn zus, die al danste, en ik volgde haar gewoon op mijn kleine tenen op Bollywood-nummers. Mijn eerste kennismaking met dans komt echt voort uit het dansen met mijn familie. Mijn oudste zus leerde mij vaak haar eigen gemaakte choreografieën aan om op te treden tijdens talentenshows op school, en mijn middelste zus leerde mij de choreografieën aan die zij leerde tijdens Bollywood- of Bharatanatyam-lessen. Poernima, mijn middelste zus, begon op 15-jarige leeftijd haar eigen dansschool, en ik was natuurlijk een van haar studenten tot ik mijn dansopleiding in Amsterdam begon. Het beoefenen van Bharatanatyam of Bollywood en het delen hiervan met mijn familie hielpen mij een connectie te voelen met mijn Indiase erfgoed.
In Amsterdam kreeg ik mijn eerste kennismaking met verschillende dansstijlen, omdat ik daarvoor alleen Bollywood en klassieke Indiase dans kende. Ik kwam voor het eerst in aanraking met ballet en moderne dans, maar ook met hiphop, house, popping, locking… Ook beleefde ik voor het eerst Summer Dance Forever in Paradiso en zag voor het eerst een locking battle, waar ik compleet verliefd op werd. Ik richt me nu sinds een aantal jaar op locking met mijn docent Shawn Aimey en ben ik steeds meer aanwezig in de battlescene in Londen.
Tijdens mijn studietijd in Contemporary Dance was ik in de war met mijn identiteit omdat de school heel wit was en de benadering van dans vanuit een formele westerse mindset plaatsvond. Het was allemaal nieuw voor me en ik wilde goed zijn in wat ze me presenteerden, dus ik verloor volledig alles wat mij mij maakte. Ik was niet meer volledig in contact met alles wat ik al wist.
In mijn derde jaar deed ik een studie-uitwisseling in Leeds bij de Northern School of Contemporary Dance. De leraren daar waren heel aanmoedigend wanneer het ging om individualitiet in ieders artistieke ontwikkeling. Ik vond mezelf volledig terug en ontdekte links tussen de nieuwe dingen als ballet en moderne dans terug naar dingen die ik al kende. Bharatnatyam heeft veel gemeen met ballet eigenlijk. Veel posities hetzelfde, of heel vergelijkbaar.
Dus voor mijn stage in het vierde jaar keerde ik terug naar Leeds om daar een master te voltooien. Deze master bestond eigenlijk uit een heel jaar werken in een dansgezelschap, waar we met vier verschillende choreografen werkten. Dat jaar was cruciaal voor me, en ik denk dat dat is waar ik echt heb gedefinieerd wat me tot de kunstenaar maakt die ik ben. Ik ben daar echt begonnen met het leggen van verbindingen naar alles, het verbinden van de stipjes. Sindsdien voel ik me heel sterk in mijn artistieke identiteit. Ik weet precies waar ik voor sta en waarom ik ruimte wil innemen als artiest.