Each One Teach One:een brug tussen formeel dansonderwijs en straatcultuur


Yordana Rodriguez zette voor Fontys de lessenserie Each One Teach One op, waarin ze principes uit de hiphopcultuur overhevelde naar het klaslokaal. Dansstudenten krijgen ruimte en vrijheid om hun eigen stem te ontdekken. In deze bijdrage beschrijft ze de opzet van en ervaringen met de lessenserie.

Van jongs af aan heb ik me altijd verbonden gevoeld met dans en muziek. Ik oefende pasjes en maakte mijn eigen choreografieën met vriendinnen, om vervolgens op te treden in lokale buurtcentra of schoolfeesten. Op latere leeftijd kwam ik in contact met de Mad Moves, een B-boy crew uit Utrecht. Zij leerden me de eerste stappen en freezes binnen breaking en ik ging daar vervolgens zelf mee aan de slag. Via hen kwam ik vervolgens in contact met Illusionary Rockaz Crew. Shailesh Bahoran leerde mij de eerste basistechnieken en stappen van de dansstijl popping, en sindsdien ben ik niet meer gestopt. Via dansbattles en werk als uitvoerend danseres in theaters testte en verbeterde ik mijn kunsten. Door de vele inspirerende ontmoetingen in deze scene, en de kennis die mensen met mij deelden, heb ik kunnen groeien tot waar ik nu ben.


Momenteel werk ik ook op de Fontys Academy of the Arts. Daar ben ik profielcoördinator van de Contemporary Urban dansafdeling. In die rol bewaak ik de visie en ontwikkel ik mede de leerlijn van deze bachelor. Ik denk na over het inhoudelijke programma en de doorontwikkelingen, gebaseerd op ontwikkelingen in het werkveld. Mijn focus ligt vooral op voldoende integratie van de straat- en clubdanscultuur binnen de opleiding. Daarnaast ben ik in mijn rol als uitvoerend danseres, maker en docent, zowel binnen als buiten de opleiding, veel bezig met de mentaliteit en methodiek van kennisoverdracht.


In dit artikel beschrijf ik mijn inspanningen om straatdanscultuur te integreren in het formele dansonderwijs bij Fontys – Dance Arts in Context. Ik onderzoek hoe de methodologieën van deze cultuur, zoals de cypher (kring) en Each One Teach One, de leerervaring van studenten kunnen verrijken. Ten slotte sta ik stil bij de impact van deze benaderingen. De door mij verzamelde post-its met uitspraken van studenten heb ik door het artikel verweven. Hierin delen studenten heel bijzondere inzichten.

Transformatie
De generatie straatdansers voor mij, de generatie van wie ik heb geleerd, zijn allemaal autodidact. Alle kennis verwierven ze via zelfstudie, uitwisseling met peers en mentors, vele uren fysieke training en gesprekken met elkaar. Allen op eigen kracht en vaak zonder de hulp of begeleiding van een (dans) opleiding of andere instituten. Maar door een veranderend maatschappelijk en cultureel landschap en de adoptie van straatcultuur binnen een instituut als de dansacademie, zijn er inmiddels veel verschuivingen. De dansacademie is oorspronkelijk gebouwd vanuit de tradities van klassieke en moderne dans en die staan vaak haaks op die van de straat- en clubdansculturen. Met de vernieuwing van het curriculum van Fontys – Dance Arts in Context naar een afdeling Contemporary Urban (urban is een containerbegrip voor alles wat de straat- en clubcultuur vertegenwoordigt), bevraagt de school onder meer ook de normen en waarden, het lessenaanbod en de vorm waarin de kennisoverdracht plaatsvindt. Want veel van onze jonge studenten zoeken naar die aansluiting met de straat- en clubcultuur, waarbij ze de codes daarvan ook binnen de school kunnen herkennen. Ze spreken verwachtingen uit over de opleiding en wanneer ze die cultuur, die geschiedenis, die interesses en die realiteit niet weerspiegeld zien in het curriculum, verliezen ze hun motivatie om te leren op school. Ze gaan dan buiten de school op zoek naar de gewenste kennis, waardoor ze minder energie hebben om het zware curriculum te volgen.

Stap voor stap heb ik samen met mijn collega’s diverse veranderingen doorgevoerd, zoals een herindeling van het curriculum. Er kwam balans tussen de klassieke en moderne dansstijlen, waarop voorheen de nadruk lag, en de dansstijlen vanuit de straat- en clubcultuur. Ook ontstond er meer ruimte in de theorielijn voor de culturele en historische context van deze culturen. Maar ik voelde ook de noodzaak om recht te doen aan een andere vorm van leren; één die dichter bij de oorsprong van deze dansculturen staat. Zoals een plek waar je autonomie hebt over je eigen leerproces, uitgedaagd wordt in dat onderzoek, durft te vertrouwen op de eigen belichaamde kennis en groeit door de uitwisselingen van deze kennis met anderen. Een plek waar studenten alle informatie die ze in de andere lessen ontvangen kunnen samenbrengen. Waar ze deze kennis kunnen verwerken, onderzoek kunnen doen naar de betekenis van diverse vaardigheden voor henzelf, en kunnen bouwen aan hun eigen artistieke signatuur.

Een plek met ruimte om vrij te experimenteren en om jezelf uit te drukken – dit sluit aan bij de tradities van de hiphopcultuur. Ook zijn studenten de toekomstige kunstenaars van het werkveld, oftewel zij zullen dit werkveld gaan beïnvloeden. Ze moeten weerbaar en flexibel zijn om met het dynamische werkveld mee te kunnen bewegen en om goed samen te kunnen werken. Het is ook belangrijk dat ze zelfvertrouwen en een eigen (artistieke) identiteit hebben. Dat ze hun persoonlijke bron van bewegen hebben kunnen ontdekken, kunnen formuleren en van daaruit kunnen handelen en sturen. En dat ze na het afronden van de opleiding weten hoe ze eigenaarschap kunnen nemen en behouden, over hun eigen leer- en ontwikkelproces.

Lessencyclus Each One Teach One
Om een andere manier van leren te integreren en studenten meer eigenaarschap te geven over en grip op hun eigen leerproces, heb ik een lessencyclus ontwikkeld. Hierin kunnen studenten de kracht van collectief leren ervaren, oftewel de kracht die een gemeenschap draagt. De cyclus noemde ik Each One Teach One, een uitdrukking die haar oorsprong heeft in de geschiedenis van de Verenigde Staten, toen men de tot slaaf gemaakten het recht tot onderwijs onthield. Als iemand van hen kennis of een vaardigheid verwierf, werd het een zorg om het geleerde met elkaar te delen, ter verbetering van de gemeenschap (BC Black History Awareness Society, n. d.). Binnen de hiphopcultuur is dit principe en de urgentie van het delen overgenomen. Het is gebouwd op de verantwoordelijkheid voor kennisdeling en mentorschap, als enige manier om kennis en ervaring op de volgende generatie over te dragen. Het principe geeft de kracht weer van een gemeenschap, van intrinsieke motivatie, en de ontwikkeling en beweging die je door samenwerking tot stand kunt brengen.

De Each One Teach One-lessencyclus maakt deel uit van mijn onderzoek naar hoe principes, waarden en tradities van straat- en clubcultuur tot stand komen en hoe deze beroepsmatig te integreren zijn in het formele dansonderwijs. Elke les (sessie) is opgebouwd rondom een thema, zoals het uitwerken van concepten en werken aan muzikaliteit, of rond een leermethode zoals de cypher. Voor de sessies zijn de volgende doelen opgesteld:

  • Studenten verdiepen hun praktijk van samenwerkend en zelfsturend leren.
  • Studenten maken kennis met en onderzoeken verschillende samenwerkingsen persoonlijke leermethodes om inzicht te verwerven in het opbouwen van hun eigen artistieke praktijk.
  • De studenten werken aan het bouwen van hun eigen artistieke signatuur.
  • Het leren binnen de sessies evolueert van co-regulering (begeleid door
    mij en dj Lucas) naar zelfregulering.
  • De studenten vormen zich een begrip van de essentie en de waarde van
    een leergemeenschap en kunnen daar zelf actief aan bijdragen.
  • De studenten worden zich bewuster van hun eigen leerproces, zijn
    autonoom en kunnen eigenaarschap nemen.

Rollen docent en dj

Lucas en ik hebben ieder een eigen rol. Als docent stel ik de inhoud en de volgorde van de lesplannen samen en begeleid studenten met dans- en
reflectieopdrachten die elke keer een andere focus hebben en bijdragen aan
hun groei. Doordat elke sessie drie uur duurt en de focus op één thema heeft,
zoals bewegingsconcepten, muzikaliteit of karakters, ondervinden de studenten dat er zich verschillende lagen in hun zoektocht ontvouwen. Hun onderzoek blijft de gehele sessie evolueren en ze kunnen daarin zoeken naar de betekenis die dit voor henzelf heeft.

Dj Lucas zorgt voor een zeer gevarieerd aanbod aan muziek. Met zijn uitgebreide muziekkennis kan hij goed aansluiten bij mijn opdrachten. Hij deelt de verhalen van artiesten, zijn eigen ervaring of de intenties van het nummer. De muziek die hij draait, ondersteunt en verdiept het onderzoek, wat een mooie synergie oplevert. Zo neemt hij de studenten elke keer weer mee op een informatieve muzikale reis om ervoor te zorgen dat zij het beste uit zichzelf en de opdracht kunnen halen. De opdracht moedigt hen aan om goed naar de muziek te luisteren en eventuele gevoelens, verhalen of ideeën om te zetten in beweging. We stellen geen verwachtingen aan de uitkomst van de opdracht en hierdoor ervaren studenten zich meer in hun lichaam en minder in hun hoofd. Het maakt ze gevoeliger voor de muziek met als gevolg dat ze daar adequater en authentieker op kunnen reageren. Ze worden zich steeds bewuster van hoe de verschillende muzieksoorten hen beïnvloeden en ontwikkelen zo een nieuwe relatie met de muziek.

Voor het inhoudelijk uitwerken van de lesplannen ben ik begeleid door mijn collega Caroline Ribbers. Zij promoveerde in november 2023 op onderzoek naar meta-leren, Facilitating meta-learning through yoga: supporting dance students’ embodied learning. Meta-leren geeft studenten de kennis en vaardigheden om het eigen denken, handelen en leren te organiseren, te sturen en te controleren. Caroline hielp me mijn gedachten te organiseren met vragen over de essentie van meta-leren binnen de straatdansgemeenschap. Zo heb ik kunnen onderzoeken wat dat betekent voor mijn lespraktijk. Met de door Caroline uitgedachte zes fasen – tuning in (arriveren), framing (focuspunten selecteren), exploring (onderzoeken), crystalizing (reflecteren), tuning out (evalueren) en integrating (integratie) – heb ik een heldere structuur voor de sessies kunnen opzetten. Ze heeft me ervan bewust gemaakt hoe ik verschillende leerstrategieën, leerhoudingen, methodieken en veel voorkomende concepten het beste kon integreren. Ik heb de cypher als uitgangspunt genomen voor de Each One Teach One-sessies, omdat dit de essentie van de hiphopcultuur belichaamt.

De cypher
Uitwisseling binnen de hiphopcultuur vindt plaats in de cypher, een kring of cirkel. De cirkel is een energetisch krachtige vorm die vele inheemse culturen tijdens ceremonies benutten, gebaseerd op diepgewortelde culturele waarden en relaties (Bohanon, 2006). Tegen de achtergrond van geweld en onderdrukking maakt de cypher deel uit van een traditie van creatieve, expressieve gebruiken van overleving en bevrijding in de Afrikaanse diaspora. Zo ook de cypher in de hiphopcultuur. Een cirkel heeft geen einde of begin, dus geen hiërarchische structuur, wat zich vertaalt naar gelijkheid van ieder die onderdeel is van de cypher. De cypher vraagt ook om medeverantwoordelijkheid, om een actieve participatie van ieder om de cirkel in leven te houden. Ze richt de aandacht naar het centrum, daar waar de energieuitwisseling plaatsvindt. Het is een ritueel dat deelnemers leert hoe ze met elkaar in gemeenschap kunnen zijn. Elke cypher is uniek in de manier waarop deelnemers sociale en individuele verantwoordelijkheden binnen het collectief leren (Johnson, 2022).

In een cypher ben je getuige van een dialoog, je luistert, observeert, voelt, komt onder ogen, confronteert, antwoordt, daagt uit, laat los, geeft, creëert, eert, verlangt en toont jezelf. Het is een plek van kennis en connectie, waar deelnemers de gemeenschap voeden en de kunst bevorderen. Cyphers zijn geen ‘dingen’, maar handelingen, gecreëerd door het samen dansen, terwijl we onderhandelen over muziek, andere dansers, relaties uit het verleden (bijvoorbeeld een dansbattle) en meer. Het is een levende, ademende kunstvorm die, telkens wanneer iemand de cypher instapt, uniek is. Een gemeenschappelijk ritueel, de ’call and response’, een uitwisseling tussen de beoefenaars. De dj cultiveert een energie of sfeer die bepalend is en zo elke cypher van andere onderscheidt. Iedereen heeft de mogelijkheid om elkaar te voeden. De energie stroomt voortdurend in en uit de cirkel, heen en weer tussen toeschouwers en dansers, omdat geven en ontvangen hand in hand gaan. De belichaamde kennis van ieder wordt verzameld en voortdurend geraadpleegd. Op hun best zijn cypherervaringen diep spiritueel, bevrijdend en gemeenschapsbevestigend (Johnson, 2022).

’Using your body as a receptor instead of your brain can give birth to
something more real to what it is. It created unity.’ (Student 1)

De sessies
De lessencyclus Each One Teach One omvat acht sessies van drie uur. In elke sessie krijgen studenten, onder begeleiding, de ruimte en tijd om samen een zoektocht aan te gaan naar hun artistieke identiteit. Het is van belang dat ze de vrijheid voelen om telkens dit onderzoek in te gaan, dat ze zich kwetsbaar genoeg durven op te stellen om zich door eventuele opkomende ongemakkelijke gevoelens heen te bewegen. Vandaar dat ik tijdens de eerste sessie een soort moreel contract bespreek, waarin we samen de benodigde voorwaarden kunnen vaststellen.

Elke sessie begint met een tuning-in, zittend in een cypher. Het is een belangrijk openingsritueel, een moment voor ieder om te arriveren en contact te maken met elkaar. Het geeft ruimte om erkenning te geven aan wat er nog gedeeld moet worden, bijvoorbeeld een blessure. Daarna neem ik een moment om te reflecteren en verbind ik deze sessie met de vorige, door een aantal citaten van post-its te delen. De post-its zijn een middel waarmee studenten anoniem hun gedachten kunnen delen aan het einde, en eventueel voor de pauze, van elke sessie. Ze reflecteren op een vraag die samenhangt met hun eigen onderzoek en de bevindingen die ze hebben opgedaan over hun eigen leren of over hun artistieke taal. Dit kleine stukje papier nodigt hen uit om tot de kern te komen en die in een aantal woorden te beschrijven. Omdat het anoniem is, geeft het meer ruimte om oprecht te delen wat ze ervaren.

’So happy I get to share the space with such beautiful humans. We learn
from one another, we learn about ourselves and we live to learn.’
(Student 2)

Daarna bespreken we de huiswerkopdracht. Deze zet hen aan het denken om vanuit verschillende bronnen, eigen inspiratie voor onderzoek mee te nemen. Een voorbeeld hiervan is dat we de studenten vragen om vanuit de andere lessen op school een techniek, gedachte, eventuele feedback of beweging mee te nemen. Daarmee stuur ik hen vervolgens, in samenwerking met Lucas, de ruimte in, zodat zij de tijd hebben om dieper dat specifieke concept te onderzoeken. Als alles helder is, krijgt ieder de mogelijkheid om individueel in te tunen. Een moment om het lichaam te activeren, verbinding te zoeken met zichzelf en de betreffende opdracht waar ze aan gaan werken.

Het onderzoek
Voor het onderzoekgedeelte doorlopen we de fasen framing, exploring en crystalizing (Ribbers, 2023). Ik vraag hen één of meer partners te vinden voor de aankomende uitwisseling. Vervolgens leg ik de stappen uit, zodat de opdrachten helder zijn voor de start van de uitwisseling. Voor framing leg ik uit wat de aandachtspunten zijn voor de onderzoeker (de persoon die zal dansen) en de tijdslimiet die hiervoor staat. De kijker krijgt al van tevoren een specifieke vraag, zodat deze heldere feedback terug kan geven. Dan start de fase van exploring, waarin ze spelenderwijs ontdekken binnen de gegeven aandachtspunten. Daarna volgt een moment van kristalliseren, een gelegenheid om te reflecteren. De kijkers geven terug wat ze zagen, een rol die hen telkens uitdaagt om goed te observeren, zodat ze gedetailleerd feedback kunnen geven.

’To genuinely understand the power of simplicity & the beauty of taking
time to explore and play.’ (Student 3)

Door deze opzet zijn de studenten continu in dialoog, met en zonder woorden. De opdrachten stimuleren hen om hun nieuwsgierigheid te volgen, aanspraak te doen op hun eigen en elkaars creativiteit, te voelen, te luisteren, te reflecteren, conclusies te trekken en deze observaties te delen. Door de tijd die ze krijgen en de heldere structuur, leren ze ook hoe ze door eventuele opkomende ongemakkelijkheid heen kunnen werken en hoe ze mogelijk voor zichzelf een doel kunnen stellen om hun eigen trainingen vorm te geven.

In andere gevallen laat ik hen zelf onderdelen van het onderzoek bepalen. Ze moeten dan articuleren wat ze onderzoeken en waarom, en passende vragen stellen, zodat een ander hen kan helpen. Doordat ze elke keer de uitwisseling met een ander aangaan, verzamelen ze verschillende perspectieven en daarmee een diversiteit aan input. In een notitieboek verzamelen ze al hun bevindingen.

Aan het eind vraag ik hen, met een reflectievraag, iets op een postit te delen en op de spiegel te plakken. Daarna tunen we gezamenlijk uit, zittend in een cypher. Het is een afsluitend ritueel om samen te evalueren en bevindingen te delen. Daarna is de integratie: ze krijgen een huiswerkopdracht die hen verder tot denken aanzet om inspiratie voor de volgende sessie mee te nemen. Na de sessie, wanneer de opgedane inzichten kunnen bezinken, is het wenselijke gevolg dat deze huiswerkopdracht bijdraagt aan een verrijking van hun artistieke taal en aan inzichten over hun eigen leerproces.

‘Inspiration will always be there, even if you feel lost.’ (Student 4)

Deze structuur maakt studenten bewuster over hun eigen leerproces. Ze bouwen een vocabulaire op om hun signatuur en zichzelf te beschrijven, en kunnen weloverwogen bijdragen aan het onderzoek van de ander. Ze ontdekken hoeveel kennis ze al met zich meedragen, hoe ze hier aanspraak op kunnen doen en hoe dit te delen. Dit alles draagt bij aan een groeiend zelfvertrouwen en moedigt hen aan om te vertrouwen op en gebruik te maken van hun eigen stem. Het bevordert bovendien krachtig een gemeenschapsgevoel. Studenten voelen een gedeelde verantwoordelijkheid om deze ruimte vorm te geven en begrijpen hoe ze elkaar naar een hoger niveau kunnen tillen. Het is belangrijk dat de spiegels bedekt zijn, zodat ze zich niet continu meten aan wat ze in de spiegels zien. Het zorgt, net als in de cypher, voor meer focus en aandacht, wat het collectief bevordert in plaats
van het individu.

‘Never felt this safe before in a class(room). More and more I am leaving
insecurities behind and that makes me able to be my most creative self. It
makes me very happy.’ (Student 5)

Nabeschouwing
De lessenserie Each One Teach One is een eerbetoon aan de geschiedenis en de generaties die daaraan hebben bijgedragen. Het vergroot voor studenten het besef dat zij hier deel van uitmaken en hieraan bijdragen, en dat zij hun kennis en ervaring op hun beurt kunnen doorgeven aan toekomstige generaties dansers.

Het is bijzonder om te zien wat de resultaten zijn van deze lessen. We hebben deze sessies met drie groepen van zo’n twintig studenten uitgevoerd in de studiejaren 2022-2024. Na elke reeks heb ik een enquête afgenomen die studenten anoniem konden invullen. Hiermee kon ik conclusies trekken om toekomstige sessies te versterken. Een aantal voorbeelden:

  • Beter timemanagement, door een tijdslimiet te geven voor het onderdeel kristalliseren (dit hielp hen tot de kern te komen en niet uit te wijken) zoals op tijd een pauze inplannen en de les afronden.
  • De leerfasen die we in de sessies doorliepen, waren niet altijd helder voor de studenten. Terwijl ze juist bedoeld zijn om studenten de kennis en vaardigheden te geven om in de toekomst hun eigen handelen en leren te organiseren, te sturen en te controleren. In het vervolg ben ik ze meer gaan benadrukken.
  • De studenten waren niet gewend om zoveel feedback aan elkaar te geven en voelden zich daardoor kwetsbaar. Door dit te bespreken en meer tools en richting te geven aan mogelijke vragen, kregen ze hierin meer zelfvertrouwen.
  • Er was behoefte aan meer groepsreflecties.De studenten waren erg enthousiast over Lucas en stelden veel vragen over de muziek die hij draaide. De nieuwsgierigheid en de honger naar meer kennis over muziek werd duidelijk, maar die bevorderden de spanningsboog in de sessies niet. Daarnaast koelt het lichaam steeds af bij lange praatpauzes. Daarom hebben we besloten om buiten de sessies om een theorielijn muziek te organiseren. Daarin kan Lucas ingaan op de theoretische kant van de muziek en kunnen de studenten in de sessies zich focussen op fysiek onderzoek.

Eén solide reeks van acht sessies is nu een vast onderdeel van het curriculum. En ik bouw verder aan een vervolgreeks. Het valt op dat de studenten bouwen aan meer autonomie, dat ze meer documenteren, zich uitgedaagd voelen om op een andere manier over leren na te denken en dit zelfstandiger te sturen. Ze leren meer ruimte en tijd in te nemen om te ontdekken wie ze zijn, en zien daar de meerwaarde van in. Ze duiken steeds dieper naar hun eigen kern, en voeden zo authentieke zelfexpressie en een gevoel van urgentie. Ze ervaren het belang van experimenteren, van spelen en daar de ruimte voor nemen. Het ontdekken zonder dat er een resultaat verwacht wordt. Ze laten het gevoel van druk of moeten presteren steeds meer los en ze staan zichzelf toe om fouten te maken. Hierdoor zijn ze liever voor en geduldiger met zichzelf en kunnen ze genieten van de reis die ze afleggen. De kwetsbaarheid die een student laat zien in het proces, motiveert de ander ook om zichzelf kwetsbaar op te stellen. En zo ontdekken ze gelijktijdig de kracht daarvan. Ze voelen de ruimte om zichzelf steeds meer te laten zien.

Studenten leren op een andere manier naar elkaar kijken. Ze stellen zich in dienst van de materie van het betreffende vraagstuk en luisteren en zoeken echt naar wat de ander nodig heeft om diegene verder te helpen. In plaats van eventuele competitie of negatieve vergelijking zien ze nu meer de kracht en schoonheid van de ander, waardoor ze heel anders een uitwisseling met elkaar en zichzelf aangaan. Dit stimuleert hen om elkaar elke keer naar een hoger niveau te tillen. In de sessies zie je hen groeien in zelfvertrouwen, omdat ze herkennen dat het laten horen van hun stem, hun gedachten en hun kennis inzichten kan geven en kan bijdragen aan de groei van de ander en zichzelf.

Ze krijgen veel feedback en tips (feedforward) van elkaar, wat hen directe input geeft om mee te werken. Ze ontdekken dat als je een ander analyseert, je ook jezelf analyseert, wat een directe reflectie is op het eigen leerproces; hoe ze nadenken, waar ze naar kijken, hoe ze articuleren, welke vragen ze stellen. Door de blik van de ander en door zelf hun blik te verleggen, krijgen ze meer perspectief en leren ze zichzelf en elkaar beter kennen, wat overigens ook de klascultuur bevordert. Het almaar observeren in de sessies verplaatst zich ook naar andere ruimtes, evenals de gewoonte om hun bevindingen te documenteren. Zo merken ze dat ze welbewust een andere leerhouding gaan toepassen om hun eigen leeromgeving positief te beïnvloeden, teneinde hun eigen danspraktijk beter te voeden.

Het gemeenschapsgevoel dat in deze lessen zo gestimuleerd werd, hielp hen iedere keer door het leerproces heen. Het vormde een ruimte gebaseerd op verbinding, vertrouwen en respect, en creëerde zo een solide basis om het onderzoek aan te gaan waarin ze gestaag meer over zichzelf ontdekten. Ze voelden zich gemakkelijker met het delen van zowel beweging als woorden,
en realiseerden zich dat de gemeenschap waarmee je jezelf omringt, je kan
helpen te veranderen in dans en ook als persoon. Dat het een plek kan zijn
van heling en groei.

’This work not only makes great dancers, but build better humans.’
(Student 6)

Shout-outs
Ik wil iedereen bedanken met wie ik het pad heb gekruist in de tijd dat ik actief was in de scene. Met in het bijzonder de Illusionary Rockaz Crew en de Native Moons. Door de vele gesprekken die ik met ieder heb gevoerd, zowel in dans als in woorden, heb ik talloos mooie ervaringen gehad en kostbare kennis opgedaan. Dit heeft mij ondersteund in het pad dat ik bewandel en het stuurt en draagt bij aan het werk dat ik nu doe. Bedankt Lucas, dat je samen met mij in dit avontuur bent gesprongen en vol enthousiasme meedenkt. Caroline, voor je sturing en het delen van je ervaring en kennis. Een grote dank aan alle studenten, voor jullie toewijding, het meedenken, de openheid en eerlijkheid in het delen van jullie ervaringen en meningen. En natuurlijk ook Fontys – Dance Arts in Context en het lectoraat Artistic Connective Practices, voor het vertrouwen in mijn visie, de steun in het onderzoek en alle ruimte die ik kreeg om dit uit te proberen.

Yordana Rodriguez is uitvoerend danseres en docent bij Fontys Academy of the Arts – Dance Arts in Context in Tilburg. Binnen de richting Contemporary
Urban werkt ze mee aan de ontwikkeling en innovatie van het curriculum. Daarnaast is ze onderdeel van Illusionary Rockaz Company & Native Moons.
info@yordanarodriguez.com

Literatuur
BC Black History Awareness Society.
(n. d.). Each One Teach One., geraadpleegd op 20 februari 2024.

Bohanon, J. P. (2006). The talking circle:
A perspective in culturally appropriate group work with indigenous people.
Southeastern Oklahoma State University.

Johnson, I. K. (2022). Dark matter in breaking cyphers: The life of Africanist
aesthetics in global hip hop. Oxford University Press.

Ribbers, C. (2023). Facilitating metalearning through yoga: supporting
dance students’ embodied learning. PhD thesis University of Groningen.


Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *